Afbeelding boven: De hoek Mosveld/Nigellstraat na de bombardementen van juli 1943. Bron: Beeldbank Amsterdam.
Bombardement Fokker fabriek
In Amsterdam bevonden zich ten tijde van de Tweede Wereldoorlog de vliegtuigfabrieken van Fokker. Deze werden tijdens de oorlog gebruikt voor de Duitse oorlogsindustrie. Dat gegeven maakte dat de fabrieken een doelwit waren voor geallieerde vliegers. De Fokkerfabriek was goed gecamoufleerd, er was een nep-woonwijkje bovenop gebouwd. Desondanks wisten de geallieerden wel waar de fabriek was, en werden er bombardementsmissies heen gestuurd. Tussen 17 en 28 juli 1943 werd de fabriek aan de Papaverweg drie keer aangevallen, met meer dan 200 doden en honderden gewonden tot gevolg.
De Amerikaanse poging
Op 17 juli 1943 kreeg Amsterdam het zwaarste bombardement dat de stad tijdens de oorlog zou raken over zich heen. Die dag waren 41 Amerikaanse B-17 Flying Fortress bommenwerpers opgestegen met als doel de Fokker fabriek. Het was voor de nog jonge en onervaren bemanningen de eerste missie boven West-Europa. Tijdens de vlucht bleek dat het weer te slecht was, en de twee Bomb Groups kregen de opdracht terug te keren. Het is niet geheel duidelijk wat er mis ging, maar er ontstond verwarring onder de bemanning, en slechts twintig van de 41 toestellen keerden terug naar hun basis. De overige 21 vliegtuigen vlogen door en wierpen hun bommen (ruim 200 stuks) af boven Amsterdam. De gevolgen waren dramatisch, grote delen van Amsterdam-Noord werden geraakt, maar geen enkele bom viel op de Fokker fabriek. Zeker 158 mensen kwamen direct om, en nog eens honderden raakten gewond, waarvan tientallen later alsnog overleden. Uiteindelijk zouden circa 200 mensen omkomen als gevolg van dit bombardement.
De Britse poging
Het doel van de geallieerden was dus nog niet bereikt. Op 25 juli 1943 werd een nieuwe poging gedaan, dit keer door de Britse RAF. Twaalf Mitchell bommenwerpers onder bescherming van maar liefst twaalf squadrons Spitfires vlogen richting Amsterdam, waar tien van de twaalf Mitchells 80 bommen van 500 lb. op de fabrieken afwierpen. Deze afworp was succesvoller, en de fabriek werd grotendeels verwoest, zonder dat er verdere burgerslachtoffers vielen. Twee van de begeleidende Spitfires gingen wel verloren na gevechten met Duitse Messerschmitt jachtbommenwerpers. Op hun beurt wisten de Spitfires zeker twee Duitse vliegtuigen uit de lucht te schieten, en drie anderen te beschadigen.
De Franse poging
Het doel was bereikt, de fabriek lag in puin, maar dit gegeven was niet overal bekend. Op 28 juli 1943 vlogen er weer vliegtuigen naar Amsterdam. Dit keer betrof het zogenaamde Vrije Fransen, die met twaalf Bostons en een escorte van zes Squadrons Spitfires opnieuw de Fokker fabriek bombardeerden met 48 bommen. Opnieuw werd de fabriek niet geraakt, wel kwamen er zeventien burgers om. De Franse bommen kwamen veelal op dezelfde wijken neer als de bommen van 17 juli 1943. Waarom vond deze aanval nog plaats als de Fokker fabriek al verwoest was? Na elke aanval werd een Interpretation Report opgesteld, waarin de resultaten van de aanval geanalyseerd werden. Het Interpretation Report van de missie van 25 juli is gedateerd op 27 juli. De Operations Order (de opdracht) voor het uitvoeren van het bombardement van 28 juli 1943 is ook gedateerd op 27 juli. Het lijkt er dus op dat deze twee documenten elkaar net gemist hebben.
Nasleep
Het totale dodenaantal van de drie bombardementen zou uiteindelijk op 206 uitkomen. Twee doden werden nooit geïdentificeerd. De Fokker fabriek zou nooit meer het productieniveau van voor de bombardementen halen. Het bombardement op de Fokkerfabriek wordt nog elke 17 juli herdacht.
Door Lisette van Wingerden