De Ramp bij Texel

De Ramp bij Texel

Op 5 april 1945 voltrok zich op Texel de Opstand der Georgiërs. Deze opstand speelde zich dan wel af op Texel, maar er kwamen tot de interventie van Canadese soldaten geen geallieerde soldaten bij kijken. De Opstand der Georgiërs duurde zelfs tot na de Duitse capitulatie in Nederland begin mei 1945 nog enkele weken door. Jaren eerder leende Texel ook al zijn naam aan een gebeurtenis die niets te maken had met de aldaar gelegerde troepen: de Texel Disaster, oftewel de Ramp bij Texel.

Duitse zeemijnen

HMS Express

De Britse 20th Destroyer Flotilla voer op 31 augustus 1940 uit om mijnen te leggen bij de Nederlandse kust ten westen van Vlieland. De flottielje – een onderdeel van een vloot – bestond uit vijf jagers, waaronder HMS Express, HMS Esk en HMS Ivanhoe. Zo’n 65 kilometer ten noordwesten van Texel ontvingen ze ‘s nachts het bericht dat er een Duitse invasievloot gespot was ten westen van Terschellingen, op weg naar Engeland. De flottielje kreeg een nieuwe opdracht: de Duitse schepen onderscheppen.

Niet veel later ontplofte de boeg van de Express. De jager was op een mijn gevaren en bijna de hele boeg tot aan de brug van het schip was verwoest. Er vielen 59 doden en twintig gewonden. Zonder het te weten waren de schepen in een Duits mijnenveld gevaren dat eerder die maand was aangelegd en nog niet opgemerkt was.

Van de regen in de drup

De Esk kreeg daarop de taak om overlevenden van de Express aan boord te hijsen, maar voer zelf eerst op één mijn en al snel op een tweede. Binnen enkele minuten was het schip volledig gezonken, waardoor 135 bemanningsleden omkwamen. Hierna was de Ivanhoe aan de beurt, die onderweg naar de zwaar beschadigde Express als derde ook op een mijn voer. Bij de explosie die volgde, kwamen 53 mensen om het leven. De meeste andere bemanningsleden werden verwond. Hoewel het schip niet zo ernstig beschadigd was dat het begon te zinken, kon het ook niet meer lang varen door zijn beschadigde boeg. De bemanning ondernam nog een poging om achterwaarts te varen om zo de boeg te ontlasten maar het vermogen viel volledig weg.

Vanuit Engeland kwamen verschillende MTB’s (Motor Torpedo Boats) te hulp om schipbreukelingen te redden. Enkele tientallen overlevenden werden echter ook opgepikt door de Luftwaffe of spoelden in reddingsbootjes aan bij de Nederlandse kust, waarna ze krijgsgevangenen werden gemaakt. Uiteindelijk werd de Ivanhoe na de reddingsoperatie toch maar tot zinken gebracht door de Britten zelf met twee torpedo’s.

Een Franse jager, beladen met troepen, zinkt tijdens de evacuatie van Duinkerke, op 30 mei 1940

Duitse invasievloot

De Ramp bij Texel was voor het Verenigd Koninkrijk het grootste maritieme verlies sinds de Slag om Duinkerke maanden eerder. Er vielen ongeveer 250 doden, meer dan honderd bemanningsleden waren gewond of krijgsgevangen genomen, twee jagers waren gezonken en de Express was zo ernstig beschadigd dat het herstel waarschijnlijk maanden zou duren. Achteraf bleek ook nog eens dat de gerapporteerde Duitse invasievloot eigenlijk maar bestond uit een klein aantal schepen dat van Cuxhaven naar Rotterdam onderweg was. De meeste Britse operaties om mijnen te leggen voor de Nederlandse en Duitse kust werden vanaf september 1940 vanuit de lucht uitgevoerd door de RAF.

 

 

 

 

Neem gerust contact met ons op als u geïnteresseerd bent in onze werkzaamheden.

Afbeeldingen: Wikipedia. Tekst: Kimberley Eeftink MA, Bombs Away B.V.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *